GR46 - Gorges de l'Aveyron 1
Traject St. Antonin - Penne - Bruniquel - Puycelci -
Castelnau-de-Montmiral

© L.A.W.V.VIA-VIA
Gorges de l'Aveyron - Rochers d'Anglars en St. Antonin-Noble-Val

Vertrekpunt
Afstand
Korte karakteristiek








St. Antonin-Noble-Val
Ongeveer 56 km.
Deze meerdaagse wandeling over de GR46 heeft en pittig karakter. We starten vanuit St. Antonin-Noble-Val om via Penne, Bruniquel, Puycelci naar Castelnau-de-Montmiral te lopen, een afstand van bijna 60 kilometer. De route leidt ons vanuit St.Antonin-Noble-Val langs de Gorges de l’Aveyron over de hoger gelegen delen van het gebied tussen Aveyron en Tarn, waar bossen, vergezichten en open landschap elkaar afwisselen, naar Penne. Hier steken we de Aveyron over om op de andere oever opnieuw boven de vallei naar Bruniquel te lopen. Vanuit Bruniquel gaat het door het Fôret Domaniale de Grésigne naar Puycelci en het dal van de Vére volgend bereiken we Castelnau-de-Montmiral.

ROUTEBESCHRIJVING

DAG 1

TRAJECT: ST. ANTONIN-NOBLE-VAL - VIEL FOUR - BROUSSES - PECHE DE PELOFFE - PENNE 17KM


Voor deze meerdaagse wandeling in het gebied van de Gorges de l’Aveyron hebben we St. Antonin-Noble-Val is startpunt gekozen. Het is een schilderachtig, beschermd oord aan de grenzen van de Albigeois en van de Quercy en ligt ingeklemd tussen de rotsdalen aan de samenvloeiing van de Aveyron en van de Bonnette. Het plaatsje dankt zijn naam aan Saint Antonin, de eerste evangelist van de Rouergue. De hoge majestueuze witte rotswanden van de Rochers d'Anglars en van de Cirque de Bone domineren het gebied. Het loont de moeite om op de dag van aankomst eens rustig door het Middeleeuwse stadje rond te dwalen. Gelegen op de oever van de Aveyron had het zijn oorsprong al in de Romeinse tijd, door de Romeinen Nobilis Vallis genoemd. St. Antonin-Noble-Val kwam in de middeleeuwen tot bloei door zijn ligging aan een van de pelgrimswegen naar Santiago de Compostella. Zo heeft de oude middeleeuwse stad de geschiedenis overleefd ondanks de 100-jarige oorlog en de godsdienstoorlogen.

© L.A.W.V.VIA-VIA
St. Antonin-Noble-Val - Straatnaambordjes
Die historische binnenstad wordt nog steeds gevormd door een verzameling van oude woningen in een netwerk van smalle bochtige straatjes met vele kenmerken uit die periode. Opvallend is dat de straatnaambordjes in het Frans en Baskisch staan aangegeven. De huizen hebben vaak dubbele vensterbogen met middenstijlen, gotische of Romaanse bogen, oude poorten en de sporen van oude winkeltjes. Midden in de stad, tegenover het schitterend Romaanse stadhuis, het oudste van Frankrijk, in de 19e eeuw vervolmaakt door Viollet-Le-Duc met een belfort, bevindt zich een overdekte markthal uit 1841. Op zondagen wordt hier ’s morgens in de smalle straatjes rondom het Place de la Halle de wekelijkse druk bezochte markt gehouden, waarop allerlei regionale producten worden aangeboden.

We beginnen onze route vanuit het centrum op de Place de la Halle en kiezen de smalle Rue Guihlem Peyre direct naast het stadhuis. Hier vinden we de Caserne des Anglais, stammend uit de periode van de 100-jarige oorlog en even verderop zien we een huis met opvallende ijzeren ringen, waaraan in vroegere tijden op feestdagen bloemenkransen werden bevestigd. Zo staan we op het pleintje achter de 19e eeuwse Neogotische Église St. Michel, waar de uitbundige blauwe regen de toegang tot Hotel Le Lys Bleu bijna aan het zicht onttrekt. Door de Rue du Pont de l’Aveyron bereiken we de brug over de Aveyron en staan recht tegenover de Roches d’Anglars. We steken niet meteen bij de tunnel van de doorgaande D115 over om er de GR46 op te pikken, zoals aangegeven op de TopoKaart IGN 1:25 000, 2140E St. Antonin-Noble-Val. Wij volgen de beschrijving van de wandeling uit het boekje Tour des Gorges de l'Aveyron, referentie 323, uitgave FFRP.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Zicht op St. Antonin-Noble-Val met brug over de Aveyron
Het betekent dat we over de brug van de Aveyron rechtsaf de D115 richting Penne, de Aveyron stroomafwaarts volgen. Al meteen komen we voorbij het voormalige station van St. Antonin-Noble-Val, eens gelegen aan de in augustus 1858 in gebruik genomen spoorverbinding Lexos – Montauban. Op 1 augustus 1955 is de spoorverbinding opgeheven en nu overwoekerd door struikgewas. De weg heeft de plaats van de oude spoorweg ingenomen. Het voetpad ligt rechts naast het asfalt. We lopen door tot waar na goed 1 kilometer een pad aan de andere zijde van de D115 de vallei van de Aveyron verlaat en onder Roudanès klimt naar Petit Jean. Er moet een hoogte van ruim 200 meter worden overwonnen. Een stevige klim!! Vervolgens gaat het westwaarts, eerst het plateau volgend tussen jeneverbesstruiken en kreupelhout. Er volgt een afdaling naar het gehucht Viel Four.

We hebben de Aveyron weer onder handbereik en volgen de bedding over de oude weg stroomafwaarts. We passeren de Combe de Caray en als we het tunneltje door zijn hebben we een prachtig zicht op vallei van de Aveyron. Zo bereiken we het gehucht Brousses, waar we zien hier de D115 onder het riviertje kruist en in de tunnel verdwijnt die onder Brousses doorloopt. De weg daalt met een slinger in de bocht van de Aveyron en als we de doorgaande weg van St. Antonin-Noble-Val naar Penne bereiken, volgen we het voetpad naast de rivier in zuidoostelijke richting. Na goed één kilometer zien we rechts van ons op de andere oever het dorpje Cazals liggen. Bij het bruggetje om te voet naar Cazals te komen, steken we niet de Aveyron over maar gaan linksaf door de Combe Longue en verlaten de vallei. Hier komen we voorbij de schietstand van St. Antonin-Noble-Val. Het is opnieuw klimmen, ruim 200 meter hoogte moeten worden overwonnen over een afstand van bijna 3 kilometer tot aan Peche de Peloffe, gemarkeerd met een hoogte van 362 meter. Hier komen we op de GR46, zoals aangegeven op de topografische kaart. Op de splitsing naar rechts.

We zijn hier op het punt dat ook bereikt wordt als je bij de brug in St. Antonin-Noble-Val naast de tunnel direct de D155 oversteekt om tussen de Rochers d’Anglars en Roudanès door de steile helling van de Gorges de l’Aveyron te bedwingen en boven aangekomen met prachtig panoramisch uitzicht op het de vallei en St. Antonin-Noble-Val. De asfaltweg die op het plateau overgaat en steenslag komt ook bij Peche de Peloffe uit.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Penne - Toren Église Ste. Catherine
Nu gaat het in zuidwestelijke richting naar Penne door het gebied dat op de kaart staat aangegeven met La Devèze de la Boulbène. Afdalend komen we langs de Roches de Biouzac en bereiken met een slinger door het gehucht Amiel opnieuw de D115. Ook hier ligt het voetpad tussen de doorgaande weg en het water van de Aveyron. Na de brug zijn we bij het oude spoorwegemplacement van de opgeheven spoorverbinding Montauban – Lexos. Het is vanaf hier mogelijk de klim naar het vestingstadje Penne te maken, dat zich tegen een steile rots schurkt. Buiten het seizoen is het uitgestorven. In en rond Penne zijn er aanwijzingen van menselijke aanwezigheid die teruggaan tot het paléolithicum. Het bastidestadje zelf is ontstaan rond de 10e eeuw als zogenaamd "Castelnau" in de nabijheid van de burcht van Penne. Tijdens de kruistocht tegen de katharen slaan de heersers van Penne een veelvoud van aanvallen van de kruisvaarders af. In 1223 valt Penne uiteindelijk in handen van Simon de Montfort. Raymond VII, graaf van Toulouse herovert Penne in 1229. Uiteindelijk komt Penne onder de heerschappij van de Franse koningen na het verdrag van Parijs. De belangrijkste bezienswaardigheid is de burcht van Penne, strategisch ingeplant op een rots boven de rivier de Aveyron. Voorts is er nog de Église Sainte Catherine in gotische stijl. Onder de kerktoren doorwandelend betreden we dit prachtig bewaard gebleven dorpje, waar klimplanten tegen de gevels zijn vergroeid met de houten balkonnetjes.

DAG 2

TRAJECT: PENNE - BRUNIQUEL - PAYSSEL - BRIAN DE VÉRE - FORET DOMANIALE DE GRÉSIGNE - PUYCELCI 20KM


Als we Penne verlaten lopen we terug naar de Aveyron en de D115. Hier steken we de Aveyron over en vervolgen de D33 tot aan de afslag bij Ferme de l’Ermitage. Dit pad naar links stijgt stevig en snijdt de D33 af, ook de volgende slinger laten we rechts liggen en lopen door tot het wegkruis. Hier slaan we af naar links en hebben de Vallei van de Aveyron diep onder ons. Voorbij Las Costes gaat het naar rechts tot voor Puech de la Lego P304. Westwaarts gaat het naar Moncéré, dat we rechts laten liggen en komen op de kruising van drie wegen. We kiezen het bospad naar het zuidwesten, dat tussen stenen muurtjes ligt. Verderop kijken we opnieuw het dal van de Aveyron in. Zo komen we bij Ferme Gauthier en dalen over een steil pad af naar de brug over de Aveyron. We hebben zicht op ons volgende bastidestadje Bruniquel, schilderachtige gelegen in een bocht van de Aveyron. Al in de Middeleeuwen is het stadje een halteplaats voor de kooplieden en pelgrims op de weg naar Santiago de Compostella.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Onderweg naar Bruniquel
Op de D115 even naar links en meteen het dal van de Vère in naar rechts over de brug. We komen we in Bruniquel, volgens de legende gesticht tussen 534 en 613 door Brunhilde, dochter van de koning der Westgoten en echtgenote van Sigisbert, koning van het Frankische rijk. Het oude stadje heeft hellende steegjes en straatjes met vakwerkhuizen en huizen opgetrokken in steen met torentjes, deuren met accolades gesierd, dubbele vensters of gebeeldhouwde vensterkruisen. Zij getuigen van de vergane rijkdom van het stadje. Het kasteel ligt hoog en opgetrokken in mooie gele steen met fundamenten die terug gaan tot de 6e eeuw. Het kijkt uit over het dal van de Aveyron. Het kwam in de 12e eeuw in bezit van de graven van Toulouse en werd twee eeuwen later tussen twee takken van het Huis van Comminges verdeeld in een "oud kasteel" en een "jong kasteel".

De gebouwen rondom de binnenplaatsen stammen uit de 12e tot 18e eeuw. Het oude deel heeft een donjon en wordt Tour de la Reine Brunhaut genoemd. In de ridderzaal (12e – 13e eeuw) vinden we zuilen met kapitelen. Een trap brengt ons op de eerste verdieping in de Salle des Gardes met een barok gesierde mooie schoorsteen uit de 17e eeuw. Vanaf een klein plateau bij de kapel hebben we zicht op de vallei. Het noordelijk deel van dit adelijk slot werd in de 18e en 19e eeuw grondig gewijzigd en heeft aan de buitenzijde een tweetal galerijen in Renaissance stijl met versierde bogen. Vanhier heb je opnieuw een prachtig uitzicht op een bocht in de vallei van de Aveyron. Het kastelencomplex is sinds 1840 aangewezen als historisch monument. Het diende als decor in de film van Robert Enrico "Le vieux fusil", met Romy Schneider en Philippe Noiret. In 1987 kwam het complex in bezit van de gemeente Bruniquel die een uitgebreid programma van restauratie opstelde.

Château de Bruniquel
Vanuit Bruniquel volgen we ook op deze dag de route zoals bescheven in het boekje Tour des Gorges de l'Aveyron, referentie 323, uitgave FFRP. Als we Bruniguel verlaten over de D1 langs het lavoir en steken het riviertje de Vère over op de D964 even naar rechts en vervolgens opnieuw rechts de Vère oversteken in de richting van de steile helling. In de bocht gaat de route naar links, waar het pad de bedding van de Vère volgt. We lopen langs een camping die op de andere oever ligt en steken even verder opnieuw via een bruggetje het riviertje over. We kruisen de doorgaande D964 en komen in het gehucht Payssel. Nu is het even opletten!! We gaan hier naar rechts en verlaten de GR46 zoals deze op de TopoKaart IGN 1:25 000, 2141E Montricoux staat ingetekent. Wij volgen de beschrijving in het boekje Tour des Gorges de l'Aveyron.

We gaan zuidwaarts langs de D964 en laten bij Peyreferrande de afslag naar Marières links liggen en lopen door tot Brian de Vère. Hier verlaten we de D964 en volgen de onverharde weg door het bos in zuidoostelijke richting. Het pad klimt en het is goed te zien dat we in een kalkrijk gebied op weg zijn. Voorbij Pech Tregon, P371 komen we in een wat open landschap en gaan op de T-splitsing naar rechts. Na goed 400 meter buigt de route naar links en passeren de ruïnes van Merlins. Vanaf hier is het weer dalen geblazen tot aan het bruggetje over de Ruisseau de Beudes. We kiezen naar rechts de Route Forestière des Beudes, een van de grote paden in het uitgestrekte Forêt Domaniale de Grésigne met een oppervlakte van 3526 hectare. Hier vinden we hoofdzakelijk eikenbossen, waarvan het hout ten tijde van Colbert werd gehaald voor masten van de schepen van de Franse marine. Glasblazers gebruikten het hout voor artistiek blauw glaswerk en ook het houtskool uit deze bossen was bekend. De uitgestrektheid van dit woud biedt een goed leefklimaat aan een grote en uitgebreide wildstand.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Zicht op het dal van de Vère in noordwestelijke richting
De Route Forestière des Beudes in zuidelijke richting volgend, steken opnieuw het beekje over en lopen tot aan het oude huis La Trapasse. Naar links licht klimmend voert de route ons weldra tussen de huizen door in het gehucht Mespel. Rechtdoor stuiten we na goed 700 meter op de markering van de GR46, die we hier oppikken en ons het laatste stuk naar Puycelci te markeren. We verlaten door het bos de hoogte en komen in het beekdal van de Audoulou. Als we het watertje overgestoken zijn volgt langs Ferme Le Roc nog de laatste klim naar opnieuw een versterkt bastidedorp hoog boven het dal van de Vère: Puycelci. Als een schier onneembare vesting ligt het op een rotspunt, omgeven door imposante stadsmuren.

Aanvulling!! Wil men toch via de op de TopoKaart IGN 1:25 000, 2141E Montricoux ingetekende GR46 de wandeling naar Puycelci maken, dan moet je deze beschrijving volgen. Uitgangspunt is het eerder genoemde gehucht Payssel. Met verlaat Payssel in oostelijke richting over de verharding naar Rocaillous. Het eerste deel stijgt slingerend door het bos. Verderop kom je in een meer open landschap en bereik je na 2 kilometer Les Abriols. Op de volgende splitsing links aanhouden en na Peyre Blanque verlaten we de verharding vóór het Maisson Forestier aan de Pas de Périhac, met 442 meter het hoogste punt van het Forêt Domaniale de Grésigne, en dalen naar rechts door het bos tot aan de 5-sprong. De GR46 loopt even naar links en komt uit op de Route Forestière de la Plégade. Hier gaan we naar rechts. Het meer dan 6 kilometer lange traject van deze bosweg slingert op de hoogtelijn van rond de 300 meter zuidwaarts in de richting van Puycelci. Onderweg komen we langs de restanten van een oppidum. Na goed 5 kilometer bereiken we een 5-sprong, die ons verwijst naar de Kapel Notre-Dame des Bois en het gehucht Mespel. Hier is het dat de eerder genoemde routebeschrijving uit het boekje Tour des Gorges de l'Aveyron het traject van de GR46 oppikt om naar Puycelci te komen. . Bij het hier beschreven traject dient wel de opmerking geplaatst te worden dat deze route ongeveer 4 kilometer langer is dan het andere traject.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Puycelci - Pleintje achter de 14e eeuwse Église St. Corneille
Langs de stadsmuren en door de Porte Hirissou betreden we Puycelci, dat hoog hoog boven het dal van de Vère uittorent. Die ligging en de stadsmuren zijn de kracht van het stadje. Monniken van de abdij van Aurillac stichten deze nederzetting voor het jaar 1000. Vanaf de middeleeuwen is Puycelci als een vesting met stadswallen omgeven met zeven torens en door twee toegangspoorten beschermd. Zo kon het in de 100-jarige oorlog langdurig het hoofd bieden aan aanvallers. De muren dragen nog steeds sporen van deze oorlog. Het verhaal gaat dat de inwoners van Puycelci een varken over de stadsmuren joegen, om de belegeraars te doen geloven dat ze nog voldoende voedsel hadden om een langdurig beleg te doorstaan.

Vandaag de dag heeft Puycelci nog zo’n 400 inwoners, terwijl er in 1850 nog 2000 woonden. In de zomer wordt het bastidestadje overspoeld door de vakantiegangers, die in grote getale komen om het stadje met de Middeleeuwse huizen uit de 12e tot 15e eeuw te bezoeken. Vaak zie je nog details op de woningen die uit die tijden stammen, zoals sluitstenen of waterspuwers. Pronkstuk is de 14e eeuwse Église St. Corneille met het fraai in blauw beschilderde plafond en zijn Barokke 17e eeuwse Retabel en 16e eeuwse houten Christusbeeld uit een stuk. Vanaf de omwalling heb je naar het westen een wijds panorama op het dal van de Vère en naar het oosten op het uitgestrekte Forêt Domaniale de Grésigne.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Puycelci - Interieur 14e eeuwse Église St. Corneille
DAG 3

TRAJECT: PUYCELCI - LAVAL - LACAPELLE - BRUGNAC - CASTELNAU-DE-MONTMIRAL 19KM


Vandaag volgt de laatste etappe naar Castelnau-de-Mortmiral. Op het zuidelijke punt van de het bastidestadje Puycelci dalen we door de bossages af naar de D964 en steken deze over bij Prat Barrat. We kijken uit over akkers in de tinten rood, geel en oranje. Een coulisselandschap met veel populieren. Hier volgen we de wegwijzer naar het gehucht Laval en kruisen weer eens de Vère. Door het gehucht verlaten we de bebouwing in zuidoostelijke richting en nemen de direct de markering van de GR46 naar Ligounié. Na het klimmetje bij de kruising met wegkruis recht oversteken voorbij de ruïne, die rechts ligt, kruisen we de Ruisseau de Rieubois. We houden bij de eerste gelegenheid na 250 meter links aan en klimmen opnieuw naar Pech Nabonne, P246. Als het bos zich opent bij Les Planettes scherp naar links en met een boog naar rechts dalen we naar Frayssine. Hier steken we de Ruisseau de Colombier over en komen verderop bij het kerkhof van Lacapelle.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Zicht op het dal van de Vère in zuidoostelijke richting met Laval
We laten Lacapelle achter ons en de route brengt ons eerst naar het zuiden naar het Fôret de Sivens. We steken de Ruisseau de Pradel over bij het lavoir en komen via les Crouzarie bij Les Planettes. Hier voert een pad scherp naar links ons tot aan de Ruisseau de Sivens. Eerst even stroomopwaarts en bij P178 naar de andere oever in de richting van Ferme Les Ramadiesses. De verharding brengt ons tot aan een T-splitsing op de D32, waar het pad schuin links voor ons de route aangeeft door het bos en langs de Ruisseau de Combe Escure naar Ferme Sabaté. Rechts af is het nog een kleine kilometer tot Brugnac. Links van ons stroomt de Vère en aan de overzijde van het rivierdal zien we de D964 naar Castelnau-de-Montmiral. Net buiten Brugnac, voorbij het wegkruis en over het bruggetje van weer een beekje dat uit het Fôret de Sivens naar de Vère stroomt, dit maal de Ruisseau de Rieunègre, gaan we naar rechts en verlaten de Vallée de Vère.

Langs de bosrand met in noordoostelijke richting zicht op ons einddoel: Castelnau-de-Montmiral, komen we langs de overblijfselen van Château de Lagarde en bereiken na 2 kilometer de D5. Na goed 200 meter verlaten we deze doorgaande weg en slaan linksaf en komen met een slinger bij de gebouwen van Ferme Les Dumasses. Nog even naar het noorden links aanhouden tot de volgende boerenhoeve Ferme Les Mazières. Voor de boerderij naar rechts en doorlopen tot de D964. We staan nu onderaan de omwalling van Castelnau-de-Montmiral, het einddoel van onze driedaagse wandeling langs een vijftal bastidestadje in kalkgebied tussen Aveyron en Tarn.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Onderweg in het Fôret de Sivens
We betreden Castelnau-de-Montmiral vanaf het meest zuidelijke punt aan de D964 en lopen links langs de omwalling naar het hoger gelegen stadje. Castelnau-de-Montmiral werd in 1222 gebouwd door Raymond VII, Comte de Toulouse. Het is een Middeleeuws meesterwerk, dat omgeven is door stadsmuren, gelegen boven het dal van de Vère, op korte loopafstand van het Forêt Domaniale de Grésigne. Zoals zijn naam aangeeft maakt het dorp deel uit van de "castelnaux”, een opeenhopingen van huizen die door de leenheren op het terrein van hun kasteel gebouwd werden. Van de zes poorten in de vestingwerken zijn er maar drie overgebleven. Een ervan is de Porte des Garrics, een fraai voorbeeld van militaire architectuur. Het kasteel, dat uit de 13e eeuw dateerde, werd tijdens de Franse Revolutie met de grond gelijk gemaakt.

Een wandeling in de stad bijzonder aangenaam. Het pittoreske Place des Arcades met waterput is omzoomd door het stadhuis en huizen met allerlei soorten gevels: natuursteen, vakwerk, baksteen, rustend op houten of overdekte gaanderijen, veelal stammend uit de 16e en 17e eeuw. Het stadhuis en het Maison Bozat dateren uit de 17e eeuw. De Église Notre Dame de L’Assumption, die geheel gerestaureerd is, dateert hoofdzakelijk uit de 15e en 16e eeuw en heeft een 15e eeuws Retabel, Piëta en een kruis van de graven van Armagnac met 310 kostbare stenen versierd. Verder is er het Place de la Rose, oorspronkelijk het plein waar de pelgrims elkaar ontmoeten. Het Maison du Tonnac diende als pleisterplaats voor Louis XIII. De Esplanade is een met bomen omzoomde promenade die langs de noordwest zijde van het stadje loopt en in 1617 werd voltooid. Het dient nu als grote Jeu de Boules plaats en als plek voor allerlei festiviteiten. Verder vinden we er een standbeeld van de Maagd Maria dat werd geplaatst na de Frans-Duitse oorlog van 1870.

© L.A.W.V.VIA-VIA
Castelnau-de-Montmiral - Place des Arcades
We hebben kennisgemaakt met een gebied, uiterst geschikt voor mooie dagtochten, etappes met volop afwisseling tussen natuur en cultuur. De dagwandelingen zijn niet al te zwaar met soms hier en daar steile stukken. De bastidestadjes elk met hun eigen kasteel zijn juweeltjes in het gebied met een geschiedenis en verhalen over mythische figuren uit een ver verleden, de harde strijd en oorlogen. Kortom: de moeite waard om eens in voor- of naseizoen te bewandelen.

Deze wandeling is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Maar ten aanzien van wijzigingen of onvolledigheden in de tekst kan geen aansprakelijkheid worden aanvaard.

Charles Aerssens


OVERNACHTINGSMOGELIJKHEDEN:

© L.A.W.V.VIA-VIA
St. Antonin-Noble-Val - Hotel Le Lys Bleu
Hotel Du Commerce
Avenue Paul Benet
82140 St. Antonin-Noble-Val
Telefoon: +33 563306225
Fax: +33 563306227

La Residence
Mr et Mme Weijers
Rue Droite 7
82140 St. Antonin-Noble-Val
Telefoon: +33 563673756

Chambre d'Hôtes La Rêverie
Mme White
Rue de la Treille 12
82140 St. Antonin-Noble-Val
Telefoon: +33 563308704

Chambre d'Hôtes
Mr Lacombe René
Alimentation
81140 Penne
Telefoon: +33 563563102

Chambre d'Hôtes
Mme Becque
Claux del Rey
81140 Penne
Telefoon: +33 563563995
Le Hameau de Peyrepau
Mr et Mme Stein
Peyrepau
82800 Bruniquel
Telefoon: +33 563672871

Chambre d'Hôtes
Mme Gaignard
Prat Barrat
81140 Puycelci
Telefoon: +33 563331122

Chambre d'Hôtes
Mme Nazaret
Galerie St. Roch
81140 Puycelci
Telefoon: +33 563331303

Chambre d'Hôtes
Mme Roques
Laval
81140 Puycelci
Telefoon: +33 563331107

La Croix du Sud
Mme Sordoillet
Mazars
81140 Castelnau-de-Montmiral
Telefoon: +33 563331846

KAARTEN

- TopoKaart IGN 1:25 000, 2140E St. Antonin-Noble-Val
- TopoKaart IGN 1:25 000, 2141E Montricoux
- TopoKaart IGN 1:25 000, 2241O Cordes-sur-Ciel

GIDSJES

- GR36 - GR46, referentie 323, Tour des Gorges de l'Aveyron, uitg. FFRP, ca € 13,95.




Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 12-06-2005 door C.P.J. Aerssens